Geplaatst op 08-02-2012
| 1595 keer bekeken
| 0 reacties
Aan de Ganzenmarkt staat de Nederlands Hervormde Kerk. Een kerkgebouw waar de Nederlands Hervormde burgers van Ootmarsum en Breklenkamp naar toe gaan. Wij zeggen ook wel “protestante kerk”.
Van die kerk kun je het bouwjaar op de gevel zien staan: MDCCCX en om je het uitrekenen te besparen: dat betekent 1810. In dat jaar werd de kerk zelf gebouwd. De toren werd daar in 1840 op gezet.
De bouw van de N. H. Kerk te Ootmarsum heeft alles te maken met de Reformatie. Een moeilijk woord. Het betekent eigenlijk Hervorming. In de Reformatie werd het christelijk geloof hervormd, dus anders gemaakt. We zullen daar in dit verhaal niet dieper op ingaan. Wat je wel moet onthouden is, dat er behalve de rooms-katholieke leer ook andere geloofsleren kwamen: dat van de protestanten. Ook moet je wel weten, dat de verhouding tussen volgelingen van de oude en de nieuwe geloofsleer niet altijd even prettig was. Dat is gelukkig wel veranderd.
Een gevolg van die Reformatie was, dat in grote delen van ons land de katholieken niet meer in hun kerk mochten. Hun godsdienstoefeningen, zoals de heilige mis moesten ze maar ergens anders houden.
Die Reformatie drong ook in Twente en in Ootmarsum door. In het jaar 1632 kreeg de pastoor bericht dat hij niet meer in de kerk mocht komen. Hij moest ook zijn pastorie verlaten! Het was een heel moeilijke tijd voor de katholieken in Ootmarsum en omgeving. De meeste mensen waren immers rooms-katholiek.
Dat alles duurde bijna 200 jaar! Tot 1809 mochten de protestanten gebruik maken van de grote kerk. Zij zorgden goed voor het fraaie gebouw. Zij plaatsten er bijvoorbeeld een mooie preekstoel in en een heel goed orgel.
Rond 1800 werden de Fransen in Nederland de baas. Er werd zelfs een Franse koning aangesteld. Die heette Lodewijk Napoleon.
Deze Lodewijk Napoleon maakte in het jaar 1809 een rondreis door Twente. Hij wilde zo het land en het volk leren kennen. Maar hij wilde ook weten of de mensen wel tevreden waren. En of hij iets voor hen kon doen.
Nou, dat kon hij wel!
Toen Lodewijk Napoleon in Ootmarsum kwam, werd hem meteen door de rooms-katholieken gevraagd of ze hun kerk terug mochten hebben. Die was immers altijd van hen geweest. Bovendien waren de meeste mensen hier rooms-katholiek.
Koning Lodewijk Napoleon vond dat de rooms-katholieken gelijk hadden en besloot hen de kerk terug te geven. Na dat blijde bericht werd in Ootmarsum natuurlijk volop feest gevierd!
Maar de koning had wel gezegd, dat rooms-katholieken en protestanten samen een nieuwe protestante kerk voor de protestanten moesten bouwen. Dat was geen probleem. Er werd meteen flink aangepakt en in 1810 was de nieuwe kerk al klaar. Heel trots werd het jaartal op de gevel gezet. Nog trotser was men toen in 1840 de toren werd geplaatst.
De protestanten mochten natuurlijk de dingen die zij in de grote kerk hadden gezet, meenemen naar hun eigen nieuwe kerk. En zo staat in de kerk nu de fraaie preekstoel (kansel wordt hij wel genoemd). Ook speelt de organist daar op een der beste orgels van Nederland. Verder staat er een oude lezenaar en is achter in de kerk een mooi bewerkte grafsteen te zien.
Als je de koster van de N. H. Kerk vraagt, laat hij jullie zeker de kerk van binnen zien. En hij kan bovendien veel over het gebouw vertellen.
Twents
- Een van de dree toarns van Oatmössche is dèn van de protestante kark.
- Iedern zoondag is doar nen deenst. Doar geet ’n dominee dan veur.
- Völ protestante karkbezeukers komt oet Brekkelkaamp, nich wied van Oatmössche.
- In Oatmössche könt protestantn en katholiekn good met meka opscheetn.